WRM 20: Faalangstinstructeur
In de bijscholingscursus WRM 20 leer je faalangst en rijexamenangst herkennen, de oorzaken begrijpen en technieken toepassen om leerlingen hierin te begeleiden. Rijschool Academie is officieel benoemd tot partner van deze WRM-bijscholingscursus.
Aantal dagdelen: 2
Kosten: €179
Eerst volgende cursusdatum:
Leerdoelen bijscholingscursus WRM 20
Bron: ibki.nl
- De rij-instructeur kan vertellen wat rijexamenangst is.
- De rij-instructeur kan verklaren wat faalangst is.
- De rij-instructeur kan de oorzaken van faalangst benoemen.
- De rij-instructeur kan vertellen welke signalen de leerling met faalangst afgeeft.
- De rij-instructeur kan de gevolgen vertellen van faalangst in het rijexamen.
- De rij-instructeur kan de kenmerken van faalangst benoemen.
- De rij-instructeur kan de drie verschillen soorten van faalangst verklaren: cognitief, motorisch en sociaal.
- De rij-instructeur kan mogelijkheden benoemen die leren om te gaan met faalangst.
- De rij-instructeur kan verklaren wat wordt bedoeld met anders leren denken.
- De rij-instructeur kan het G-denken verklaren.
- De rij-instructeur kan een gesprek demonstreren waarbij het G-denken wordt gebruikt.
- De rij-instructeur kan oefeningen demonstreren die er toe leiden de lichamelijke spanning onder controle te krijgen.
- De rij-instructeur kan de onderdelen van een intakegesprek benoemen.
- De rij-instructeur kan een intakegesprek demonstreren.
- De rij-instructeur kan de onderdelen verklaren van het faalangstexamen.
- De rij-instructeur kan beschrijven wat wordt verstaan onder een paniekaanval.
- De rij-instructeur kan vertellen welke symptomen bij een paniekaanval voorkomen.
- De rij-instructeur kan beschrijven hoeveel procent van de examenkandidaten – bij benadering – de lesstof onvoldoende beheerst en hoe dit van invloed is op het beleven van faalangst.
- De rij-instructeur kan benoemen op welke wijze motorische faalangst wordt behandeld.
- De rij-instructeur kan benoemen op welke wijze cognitieve faalangst wordt behandeld.
- De rij-instructeur kan benoemen op welke wijze sociale faalangst wordt behandeld.
- In welke verkeersruimte hij verblijft en wat de kenmerken daarvan zijn.
- Welke bebakening en markeringen hij herkent en wat de relevantie daarvan is.
- De betekenis met bijbehorende relevantie t.a.v. gevaarherkenning van verkeersborden.
- De verkeerskundige benaming van de inrichting en structuur van en markering op de desbetreffende weg.